Het Jaar een duizend acht honderd twee-en-dertig, den veertiende der maand December om tien ure des morgens, verscheen voor ons Burgemeester, Beambte der Burgerlijken Stand der Gemeente Raamsdonk, provincie Noord-Braband, Jan van Kuijk, van beroep veldwachter, oud negen en twintig jaren, wonende te Raamsdonk, dewelke ons heeft vertoond een kind van het manlijk geslacht, geboren op vrijdag den veertiende der maand December duizend acht honderd en negen-en-twintig, om zeven ure des morgens; van Jan van Kuijk van beroep veldwachter, oud negen en twintig jaren en van Johanna van Achterberg, zijne huisvrouw, oud negen en twintig jaren, mede wonende te Raamsdonk en aan hetwelk hij verklaard heeft te geven de voornaam van Gerrit.
Welke verklaring en vertooning zijn geschiedt in bijwezen van Antonie van den Berg, van beroep slijter, oud zes en veertig jaren, en van Adriaan de Jongh, van beroep landbouwer, oud drie en dertig jaren, beide alhier woonachtig; en hebben, nadat aan de comparanten van deze akte voorlezing is gedaan, dezelve met ons ondergeteekend.
